Collecties

Het ontstaan van de beurs: van herberg Ter Buerse tot Wall Street

Door Leen Bultinck en Seppe Schoeters, museumgidsen

Het imposante beursgebouw van Brussel kreeg in 2023 een nieuwe bestemming. Maar hoe is de beurs ooit ontstaan? Daarvoor moeten we terugreizen naar het middeleeuwse Brugge!

Beurs van Brussel, 1930 © NBBMuseum

Het imposante beursgebouw van Brussel kreeg in 2023 een nieuwe bestemming. Brussel vormde het gebouw om tot een hippe publieke ruimte waar restaurants, tentoonstellingsruimtes, een archeologische site en zelfs een biermuseum in te vinden zijn. Oorspronkelijk inaugureerde de stad Brussel het ‘beurspaleis’, ontworpen door Léon Suys, in 1873. Toen diende het nog als een echte beurs, het financiële centrum van de stad waar beurshandelaren met elkaar konden onderhandelen over financiële producten, zoals aandelen. De beurs is ons vandaag nog altijd bekend, denk maar aan de New York Stock Exchange in Wall Street. Maar hoe is de beurs ooit ontstaan? Daarvoor moeten we terugreizen naar het middeleeuwse Brugge, of bezoek de eerste verdieping van het museum.

De grondslagen van de huidige beurs zijn terug te vinden in de Noord-Italiaanse steden tijdens de late middeleeuwen. Daar ontwikkelden zich de grote basisconcepten van het moderne bank- en beurswezen voor het eerst (bijvoorbeeld de wisselbrief, de vennootschapsvorm en het bankwezen met giraal geld). Via Brugge introduceerden de Italianen deze concepten ook in Noordwest-Europa. De stad speelde van begin af aan een cruciale rol in het ontstaan van de handelsbeurs. Door het verval van de jaarmarkten van Champagne en hogere transportkosten zochten de Italianen via Brugge een andere weg naar Noord-Europa. Brugge werd in de veertiende eeuw een belangrijke schakel tussen twee grote handelsimperia: het Middellandse Zeegebied met de Italianen en het gebied rond de Baltische Zee met de Duitse Hanze. 

Hoewel de handel in Brugge volop floreerde, waren de meeste Bruggelingen er zelf niet actief bij betrokken. De Brugse herbergiers speelden wel een belangrijke, indirecte rol. Zij waren de bemiddelaars tussen de verschillende vreemde kooplieden en brachten ze in contact met elkaar. Zij voorzagen de kooplieden dus niet alleen van onderdak, stockageplaatsen en maaltijden, maar namen ook een makelaarsrol op zich. Omdat er toen nog geen officiële beurscouranten waren, verzamelden zij informatie over de lokale economie en de toestand van de buitenlandse markten voor, en via, hun rondreizende gasten. Gezien zijn centrale rol voor de handel was de herbergier één van de meest gerespecteerde beroepen van de stad. Eén van de belangrijkste herbergiersfamilies was de Brugse familie Van der Buerse. Zij baatten vijf generaties lang de herberg 'Ter Buerse' uit. De oudste vermeldingen van de familie dateren uit de dertiende eeuw. Al in 1285 baatte Robrecht Van der Buerse de herberg uit. In de loop van de veertiende eeuw ontwikkelde het pleintje voor de herberg Ter Buerse zich tot hét commerciële en financiële centrum van de stad.  

De Beurs van Brugge
Uit: Antonius Sanderus, Flandria Illustrata, 1641 © NBBMuseum
Wapenschild van de familie Van der Buerse

Op het plein kwamen de kooplieden dagelijks bijeen om handel te drijven. In tegenstelling tot vandaag was het nog geen aandelenhandel, ze onderhandelden vooral over wisselbrieven, producten en belangrijke commerciële inlichtingen. Vanaf 1370 werden er de wisselkoersen van verschillende steden genoteerd, daarna, rond 1400, ook die van de meest vooraanstaande handels- en bankcentra in Europa, zoals Barcelona, Venetië, Londen of Parijs. Om de transacties makkelijker te laten verlopen, vestigden zich er ook notarisbureaus en geldwisselaars. De belangrijkste buitenlandse handelaars verenigden zich samen tot naties, die actief waren vanuit hun natiehuizen op het beursplein zelf. De kooplieden gebruikten deze ook als consulaat, vergaderruimte of opslagplaats. Al in 1322 richtte Venetië een natie op, in 1397 deden de Genuezen hetzelfde en in de vijftiende eeuw volgden ook de Florentijnen hun voorbeeld. Hoewel het Beursplein een openbare plaats was, werd gedurende de beurstijd de toegang verboden voor bedelaars en landlopers. Zij zouden de handelaars namelijk kunnen lastigvallen. Om dat te voorkomen, hield een baljuw er een oogje in het zeil. Toch is er over de praktische zaken, de reglementering en het toezicht niet veel bekend. Dat is te wijten aan de werking van de eerste handelsbeurs, die was gebaseerd op gebruiken en er werd weinig of niets genoteerd. Pas in de zestiende eeuw stelde de Antwerpse beurs zich als eerste op schrift. 

Hoe dan ook leeft in het woord 'beurs' de vroegere Brugse herbergiersfamilie verder. Er bestaat geen twijfel over dat de naam en het wapenschild van de familie Van der Buerse doorslaggevend zijn geweest in het ontstaan van de associatie tussen het Brugse beursplein en het begrip aandelenmarkt. Toch refereert de oorspronkelijke betekenis van het woord 'beurs' eerder naar het plein dan naar het gebouw. De allereerste auteur die van de Brugse handelsbeurs melding maakte was Hieronymus Muenze, een Duits geneesheer uit Neurenberg die in 1495 een lange reis maakte door Europa. Uit zijn reisdagboeken blijkt dat hij in 1495 in een gasthof op het plein voor de herberg Ter Buerse verbleef. Hij vermeldde daarin het volgende: "Er is te Brugge een plein waar de kooplieden zich verenigen; men noemt het De Beurs. Daar komen Spanjaarden, Italianen, Engelsen, Duitsers, Oosterlingen, kortom alle natiën samen." Na het verval van Brugge verschoof in de volgende eeuw het financiële centrum naar Antwerpen. Al vrij snel sprak men er van 'de nieuwe beurs', het plein waar de handelaars verzamelden. Vanuit Antwerpen vond het begrip 'beurs' ingang in Frankrijk, Italië, Spanje en Duitsland, waar het woord verbasterde tot bourse, borsa, bolsa en Börse. Ook in Engeland werd de term 'Burse' tussen 1550 en 1775 gebruikt tot uiteindelijk de term 'Royal Exchange' de bovenhand kreeg. 

De Beurs van Antwerpen
Uit: Lodovico Guicciardini, Description de tous les Pays-Bas, 1582 © NBBMuseum

Dat de stad Brugge een cruciale rol speelde in het ontstaan van de beurs staat als een paal boven water. Aan het einde van de vijftiende eeuw was de rol van Brugge als financieel centrum uitgespeeld. Daarna volgde nog een lange geschiedenis van de aandelenhandel waaruit de drukke en speculatieve beurs groeide die we vandaag kennen. 

Bibliografie

  • DE CLERCQ, G., e.a., Ter Beurze. Geschiedenis van de aandelenhandel in België, 1300-1990, 1993, p. 15-32.

  • Vandewalle, A., e.a., Hanzekooplui en Medicibankiers. Brugge, wisselmarkt van Europese culturen, 2002, p. 85-86, 118-120.

  • Vandermaesen, M., Robrecht (I) van der Buerse (ca. 1265-1320)
    Naar de roots van het actuele beursgebeuren, in Vlaanderen Kunsttijdschrift, jg. 51, 2002, p. 2-4.

  • Puttevils J., Stabel P. en Verbist, B., Een eenduidig pad van modernisering van het handelsverkeer: Van het liberale Brugge naar het gereguleerde Antwerpen?, uit Overheid en economie: geschiedenissen van een spanningsveld, 2014, p.39-54.