Ter gelegenheid van de 25ste verjaardag van de oprichting van het Europees Monetair Instituut (EMI), besliste de Koninklijke Munt van België om een herdenkingsmunt van twee euro te slaan met het portret van zijn eerste president, baron Alexandre Lamfalussy, als beeldenaar. De munt werd officieel onthuld in het NBBmuseum op 9 mei 2019, Europadag, in […]
2488! Het is het aantal medailles, die de atleten – alle disciplines in acht genomen – kunnen winnen tijdens de Olympische Spelen in Rio. De medailles, zoals gewoonlijk gemaakt van goud, zilver en brons, zijn de meest ecologisch geproduceerde medailles in de geschiedenis van de Spelen.
Wie zich de Belgische frank nog herinnert, herinnert zich vast een biljet met het portret van Magritte of van Mercator. Deze historische personen dienden als ambassadeurs voor België. Vrouwen zijn nooit in aanmerking gekomen om geportretteerd te worden op de Belgische biljetten.
De nieuwste Belgische herdenkingsmunt van 2 euro is gewijd aan de 100ste verjaardag van het begin van de Eerste Wereldoorlog. Het stuk ligt vanaf vandaag te kijk in het Tijdelijk Museum van de Nationale Bank van België.
Om de 75ste verjaardag van de Koningin Elisabethwedstrijd te vieren, brengt de Koninklijke Munt van België een nieuw muntstuk van twee euro uit. Het ligt vanaf vandaag te kijk in het Museum van de Nationale Bank van België.
Op 1 januari 2002, een dag die ook wel €-Day wordt genoemd, verwelkomden twaalf verschillende landen de nieuwe eenheidsmunt.
Reeds tien jaar worden de euromunten en -biljetten als betaalmiddel gebruikt. Naar aanleiding hiervan is een nieuwe herdenkingsmunt in omloop gebracht. Dit muntstuk kan dan ook niet ontbreken in ons museum.
De Europese Raad gaf in 2004 aan elk euroland het recht om jaarlijks een herdenkingsmunt te slaan met wettige betaalkracht in de hele eurozone. Van dit voorrecht maakt men nu dankbaar gebruik om munten te slaan die een bepaalde historische of actuele gebeurtenis herdenken.
“25 maart 1957… dit wordt één van de grootste dagen uit de Europese geschiedenis…”
Dit waren de woorden van Paul-Henri Spaak toen hij de Verdragen ondertekende. De zes landen van het “kleine Europa” (Frankrijk, Duitsland, België, Nederland, Luxemburg, Italië) zetten hiermee een reuzenstap richting de Europese eenmaking.